Lode Laperre

EN - NL

De nomade in Lode Laperre

Zowel het oeuvre van Lode Laperre als zijn schilderpraktijk is nomadisch te noemen, en dit in verschillende opzichten. De nogal anarchistisch bedoelde uitspraak van Francis Picabia in 1921, “Il faut être nomade, traverser les idées comme on traverse les villes et les rues”, is hierbij al zeker van toepassing. Picabia bedoelde hiermee vooral dat men zich niet steeds diende te schikken naar de opgelegde normen maar er zelfs kon tegen ingaan. Dit non-conformisme vinden we ook terug bij Lode, die zich nooit bekeerde tot de heersende trends, maar meer dan een kwarteeuw geleden een eigen weg insloeg. Hoewel we hem zodoende kunnen typeren als een soort einzelgänger, bezit zijn werk duidelijke raakpunten met zowel de (materiële) fundamentele schilderkunst als met de (gevoeliger) lyrische abstractie, het is tegelijk een experiment en een weergave van emotie. 

Zijn artistiek parcours is niet vooraf uitgestippeld, evenmin als de precieze uitkomst van ieder individueel werk. In zekere zin blijft het ook een zoektocht, een nooit eindigende reis van werk naar werk, waarbij het romantisch cliché van de kunstenaar die vruchteloos ijvert om het volmaakte schilderij te maken toch weer even in beeld komt. Lode Laperre is evenwel niet van het getormenteerde type, eerder vindt hij voldoening tijdens het creatieve proces en tijdens de exploratie van de picturale middelen. 

In zijn ontdekkingstocht heeft Lode Laperre zich gaandeweg bevrijd van iedere vorm van lokale traditie, en heeft hij – ondanks zijn respect voor de kunstgeschiedenis van de eigen regio – het juk van de Leiestreek al snel van zich afgeworpen. Hiermee sluit hij aan bij de term ‘altermodernisme’, zoals geformuleerd door filosoof Nicolas Bourriaud in 2009. Die stelt bijkomend ook dat de kunstenaar zich wil bevrijden uit de uniformiteit en het commercialisme, en zo zichzelf als individu kan ontplooien. De huidige maatschappij, anders dan het verleden waarbij kunstenaars te vaak geïsoleerd werden en/of minder mobiel waren, stelt de kunstenaar ook in staat om zich volop te informeren en om dan niet letterlijk te reizen.

Nomadisch wordt ook zijn manier van denken wanneer Lode Laperre zich, los van de wortels, openstelt voor andere indrukken en voor andere culturen. Het best gekend is zijn fascinatie voor de oosterse cultuur, maar zijn blik is nog veel ruimer en voert hem doorheen alle eeuwen en windstreken. Zijn bagage is exponentieel groter geworden doorheen de jaren, en heeft de diepgang in zijn werk steeds gevoed. De optelsom van dit laatste met zijn zin voor experiment, én de manier waarop hij het toeval durft toe te laten, schept een indrukwekkend gamma van mogelijkheden. De variatie en rijkdom die hij daardoor weet te brengen in zijn werk is spectaculair te noemen.


Wim Lammertijn